Libellen en waterjuffers, vaak prachtig om te zien, mooie kleuren, sprookjesachtig!

Ze kunnen wel 60 kilometer per uur vliegen, in Nederland hebben we ongeveer 65 soorten, en dat komt omdat wij hier zoveel water om ons heen hebben, om zich voort te kunnen planten zijn zij afhankelijk van water, en dat hebben we hier redelijk veel gelukkig! De eitjes worden meestal afgezet in de buurt van water. Wanneer het eitje uitkomt ontstaat er eerst een larve, deze vervellen regelmatig om te kunnen groeien. Wanneer de larve is volgroeid, sluipt hij uit (ontpopt) en wordt hij een imago.

Voor het uitsluipen klimt de volgroeide libellenlarve uit het water. Hij houdt zich stevig vast aan een rietstengel of iets anders en vervelt dan voor de laatste keer. Mooi om te zien zo'n velletje, want zelfs de plek waar de oogjes hebben gezeten kun je zien. Hij blijft een tijdje hangen en pompt zich ondertussen op met lichaamsvloeistof, pas na enige tijd wordt de Libelle hard en kan hij wegvliegen, net na het ontpoppen is het huidje nog te zacht. Tijdens het uitsluipen, dit duurt ongeveer een uur, zijn ze kwetsbaar en makkelijk te vangen door vogels of kikkers.

Een imago is een volwassen Libel, het laatste ontwikkelingsstadium en is in staat om te vliegen en zich voort te planten. Na de voortplanting sterven imago’s meestal binnen enkele dagen. Grote soorten kunnen nog wat langer doorvliegen. Libellen en Juffers worden niet zo oud, een juffer wordt vaak maar een paar weken, en een Libelle enkele weken tot twee maanden bij grotere libellen.

De  bruine en noordse winterjuffer overwinteren als imago en leven daardoor uitzonderlijk lang, tot wel negen maanden, maar dat zijn uitzonderingen!

'Echte' libellen hebben een robuuster en meestal breder achterlijf. De achtervleugels zijn aan de basis breder dan de voorvleugels. In rust worden de vleugels meestal gespreid, of zelfs schuin naar beneden gehouden 'Echte' libellen hebben grote ogen, die elkaar boven op de kop (bijna) raken.

Juffers hebben een lang, dun achterlijf. In tegenstelling de tot echte libellen hebben de vleugels van juffers alle vier dezelfde vorm.

De vleugels worden in rust meestal langs of boven het achterlijf samengeklapt. De ogen zijn gevormd als een halve bol en zijn geplaatst aan de zijkanten van de kop. Bij juffers raken de ogen elkaar niet.

Onderstaand, op de twee eerste foto's de Weidebeekjuffer, boven het vrouwtje, beneden het mannetje, ik vind dit persoonlijk een schitterende  juffer!

 

 

 

 

 

 

Azuurwaterjuffer - Coenagrion puella

 

 

Lantaarntje - Ischnura elegans

 

 

Viervlek - Libellula quadrimaculata Uitsluipen

 

 

Watersnuffel - Enallagma cyathigerum

 

 

Blauwe breedscheenjuffer - Platycnemis pennipes 

 

 

Smaragdlibel - Cordulia aenea

 

 

Variabele waterjuffer - Coenagrion pulchellum

 

 

Weidebeekjuffer - Calopteryx splendens, mannetje

 

 

Bruine korenbout - Libellula fulva 

 

 

Platbuik - Libellula depressa 

 

 

Vroege glazenmaker - Aeshna isoceles 

 

 

Weidebeekjuffer - Calopteryx splendens, vrouwtje

 

Wij maken gebruik van cookies om onze website te verbeteren, om het verkeer op de website te analyseren, om de website naar behoren te laten werken en voor de koppeling met social media. Door op Ja te klikken, geef je toestemming voor het plaatsen van alle cookies zoals omschreven in onze privacy- en cookieverklaring.