APPELVINK

De Appelvink is de stoere bink binnen de vinkenfamilie, je kunt ze herkennen aan hun aparte roep, hun forse bouw, dikke nek, de witte vleugelvelden en de witte eindband op zijn staart. Zijn niet luidruchtig.
Ze hebben een bijzonder sterke kegelvormige snavel, waar ze moeiteloos allerlei voedsel mee kunnen kraken. Meestal verblijven ze een beetje boven in de bomen in loofbossen en gemengde bossen, ze komen alleen naar beneden om te drinken, of in de winter wat zaden van de grond te pikken.

De Appelvink is een standvogel en blijft dus in de winter in ons land. Weinig verschil in de geslachten, vrouwtje is wat valer dan de vinkenman, het vrouwtje heeft minder zwart rond de snavelbasis en zijn de slagpennen grijs gekleurd. Bij het mannetje zijn de slagpennen glanzend zwart.

Hij is behoorlijk schuw en er hoeft maar een kleinigheid te gebeuren en hij vliegt weg.
De appelvink is vaak alleen, of als broedpaartje, in de winter zie je weleens kleine groepjes foerageren.
Ze eten voornamelijk harde boomzaden en de pitten van steenvruchten, zoals kersen en pruimen, soms dennenzaden, bessen en beukennoten, insecten en rupsen. Bij het kraken van de steenvruchten komt die sterke gespierde snavel goed van pas!

Appelvinken vormen monogame koppeltjes, soms met de liefde van het jaar ervoor. Het mannetje begint met het bouwen van het nest, en het vrouwtje maakt het af. Mooie samenwerking! Er wordt hoog in de boom gebouwd of in een struik (haagbeuken). 1 legsel per jaar met 2 tot 7 eitjes van verschillende grootte.

 

.

 

foto's appelvink

Appelvink jong

Badderende Juveniele Appelvink

Wij maken gebruik van cookies om onze website te verbeteren, om het verkeer op de website te analyseren, om de website naar behoren te laten werken en voor de koppeling met social media. Door op Ja te klikken, geef je toestemming voor het plaatsen van alle cookies zoals omschreven in onze privacy- en cookieverklaring.